Deense vlechtsterren

• Geplaatst op 15 December 2018
• Door Jacqueline Assink
• Geplaatst in Kerst, zelfmakers
• 0

Je hebt ze vast al wel eens gezien, deze leuke en typisch Deense vlechtsterren. In Denemarken horen deze "fletestjerne", zoals ze heten, bij kerst. De eerste keer dat ik ze zag kon ik me niet voorstellen dat je deze zelf zou kunnen maken. Ze zien er best ingewikkeld uit.

De sterren worden gevlochten van speciale stroken papier, die in Denemarken bijna overal verkrijgbaar zijn. Een jaar of vijf geleden deed ik een poging om ze te maken. Hiervoor had ik in Denemarken deze speciale stroken gekocht. Ondanks de (beknopte) gebruiksaanwijzing liep ik bij een aantal stappen elke keer vast….. hmmm …. Zo jammer! Geen sterren voor mij dat jaar….. Het jaar erop vroeg ik het aan een in Nederland wonende Deense vriendin en zij hielp me ermee. Ook zij vond het af en toe even lastig, maar door de gebruiksaanwijzing, die bij de stroken zat, wist zij ineens wel weer hoe het moest. Ze had ze al zo vaak gemaakt, maar was bepaalde stappen vergeten. Inmiddels maak ik ze elk jaar met veel plezier en gebruik steeds weer met andere soorten stroken en kleuren.

Waar te koop

In Nederland zijn deze speciale stroken, op maat en voldoende stevig, wat lastiger te verkrijgen. Online zijn ze o.a. te koop bij ihobby. Soms bestel ik ook stroken in Denemarken bij Karen Marie Klip, maar daar zijn natuurlijk extra kosten aan verbonden, dus koop ik ze meestal in Nederland. Een enkele keer snij ik de stroken zelf van mooi en dun soepel papier (Mi Teintes) dat ik o.a. koop bij een hobbywinkel in de buurt. Het enige waar je op moet letten als je ze zelf maakt dat de breedte en de lengte in een juiste verhouding zijn. Zijn de stroken te kort dan lukt het niet om een hele ster te vouwen. Wil je ze zelf stroken gaan snijden hou dan de maat aan die bij het Stappenplan is gegeven. Bij Søstrene Grene zijn de stroken ook te koop, handig voor diegenen die een dergelijk winkel in de buurt hebben.

Stappenplan

Wil je deze leuke Deense vlechtsterren ook zelf maken? Volg dan hieronder het stappenplan. Het zijn veel stapjes, laat je hierdoor niet afschrikken. We hebben elk stapje in beeld gebracht, zodat je ze makkelijk kan namaken. Volg de stappen op de afbeeldingen, dat werkt het makkelijkst. Zie de tekst meer als ondersteuning als je er even niet uitkomt. Het vergt even wat oefening, maar als je eenmaal de slag te pakken hebt, dan vouw je er al snel meer.

Benodigdheden voor 1 ster:

• 4 stroken dubbelgevouwen papier (lengte minimaal opgevouwen 60×2 cm of voor grotere sterren 85×2,5 cm) De kant en klare pakketjes voor de sterren zijn meestal op de juiste maat en geschikt om een ster van te vouwen.
• Schaar
• Eventueel een vouwbeen (gereedschap om scherpe vouwen in papier te maken), je kunt de vouwen ook met de vingers glad strijken.
• Naald en draad
• Eventueel indien je dat thuis hebt een gaatjes knipper (niet perse nodig je kunt ook een gaatje maken met een naald)

Indien de stroken nog niet gevouwen zijn vouw ze dan dubbel (afb 1). De stroken worden in elkaar gestoken zodat er een vlechtwerk ontstaat (afb 2).

• Vlecht de stroken in elkaar zoals op afbeelding 3. Werk met de klok mee, dat is het makkelijkst.
• Leg de eerste strook met de gevouwen kant wijzend naar links.
• Neem nu de tweede strook en schuif deze vanaf de bovenkant (met de open kant) door de eerste strook.
• Steek de derde strook vanaf de rechterkant door de open kant van de tweede strook.
• Schuif de vierde en laatste strook vanaf de onderkant (met de open kant) door de derde strook.
• Trek nu heel voorzichtig en gelijkmatig aan alle uiteinden (zie afb 4.) totdat de stroken mooi strak in elkaar vervlochten zijn.
• Zitten alle stroken goed vast in elkaar geweven dan is dit de basis voor je eerste ster (afb 5.).

• Knip nu een schuin (afb 7) strookje papier van alle vier de (dubbele) uiteinden en zorg ervoor bij het afknippen dat de punt naar boven wijst. Dit zal je helpen je om straks alle stroken makkelijker te kunnen verwerken.
• Kijk naar afbeelding 8 en zorg ervoor dat je vlechtwerk zo ligt zoals op het plaatje. Voor dit gedeelte gebruik je van de dubbele stroken alleen de bovenste strook.
• Start met de rechterkant en pak de bovenste strook vast en vouw hem strak naar links en vouw hem goed plat. Neem nu het bovenste gedeelte van de onderste strook en vouw deze strak naar boven. Vouw hem wederom goed plat.

• Neem de linkerstrook en vouw hem strak naar rechts (afb 10).
• Let op! Neem nu de laatste strook (afb 11) en steek hem door de onderste strook om het vlechtwerk vast te zetten.
• Dan is de basis nu klaar (afb 12) en kun je starten met het vouwen van de sterpunten.

Voor het maken van de punten werk je nu steeds aan de linker bovenzijde van je vlechtwerk. Draai na elke gevouwen punt je werk een kwartslag naar links (tegen de klok in).

• Start nu bij afb 13 en neem de linkerstrook aan de bovenkant van je vlechtwerk. Pak de punt vast met je linkerhand en vouw de punt door hem naar links om te slaan.
• Vouw een punt zoals op afb 14.
• Pak vervolgens de strook vanuit de linkerkant op en vouw hem nu naar beneden zodat er een soort puntdak ontstaat (afb 15). Let er op dat bij het vouwen van de punt er een millimeter ruimte tussen zit, dus dat je de punten niet strak tegen elkaar vouwt.

• Strijk de punt goed vlak (afb 16)
• Vouw de punt nu dubbel, van links naar rechts (afb 17) en strijk hem goed plat.
• Neem je werk nu in de hand en duw de punt wat naar achteren (afb 18). Zoals je op de afbeelding ziet komt de strook papier, van de punt die je hebt gevouwen, wat omhoog.

• Neem nu de strook (afb 19) en steek deze door de bovenste strook en trek hem er voorzichtig doorheen.
• De gevouwen punt is zichtbaar en vastgezet (afb 20). Vouw vervolgens de strook terug over de punt en vouw hem goed plat.
• Draai je vlechtwerk nu met een kwartslag naar links (tegen de klok in).

• Je hebt je werk een gedraaid en kijk even of jou werk er zo uit ziet als op afbeelding 20.
• Vouw nu de tweede punt zoals op afbeelding 23 en 24.

• Vouw de punt dubbel (afb 25) en vouw hem goed plat.
• Neem nu je werk opnieuw in de hand (afb 26) en vouw de punt opnieuw naar achteren. Neem de strook papier (afb 27) en steek de strook door de bovenste strook.
• Til eventueel de strook (zie afb 27) die erover heen ligt op om beter te kunnen zien wat je doet. Zorg er wel voor dat de de strook altijd weer terug vouwt over de punt heen, dat is belangrijk omdat je deze stroken later nodig hebt om nieuwe punten te vouwen.

• Vouw de strook papier weer terug over de punt (afb 28).
• Draai nu je werk weer een kwartslag naar links en vouw de volgende punt. Ga door tot alle vier punten zijn gevouwen.
• Draai nu je werk in zijn geheel om (afbeelding 30) als het goed is zie je nu vier gevouwen punten.
• Herhaal nu alle stappen vanaf afbeelding 13 en vouw de overige vier punten aan deze kant van de ster.

Zodra alle punten aan beide zijden zijn gevouwen (afb 31) ben je klaar om aan de laatste stap te gaan werken.

Voor de punten werk je nu in een andere volgorde en hiervoor is het belangrijk dat je de stappen goed volgt.

• Start nu aan de rechter bovenkant. Pak hiervoor de strook op (afb 32) en trek voorzichtig recht omhoog. Er ontstaat dan vanzelf een een schuine vouw. Strijk die vouw goed glad (afb 33).

• Pak nu de strook (afb 34) en vouw en losjes zoals een opstaande kraag van een overhemd en steek de strook gelijk onder de strook door. De strook zal tussen de onderste punt doorsteken (afb 35).
• Trek de strook nu (afb 36) voorzichtig aan totdat het gesloten puntje ontstaat.

• Draai je werk nu een kwartslag naar links en maak je volgende punt. Mocht de strook nu een keer minder soepel door de punt gaan dan kun je hem eventueel nog iets bijknippen. Dat kan soms helpen en maakt voor het uiteindelijke resultaat niets uit omdat alle stroken op het eind worden afgeknipt.

• Zodra alle punten zijn gevouwen (afb. 40) draai je het vlechtwerk om en start je met de laatste kant (afb 41).
• Begin opnieuw aan de rechterbovenkant (afb 42) en vouw de strook naar boven. Volg hiervoor alle stappen vanaf afbeelding 32.

Beide kanten zijn nu gevouwen en de ster is bijna klaar! Nu kun je beginnen met het afknippen van de stroken, deze kunnen vlak langs de punten worden afgeknipt. Let op dat je niet in de punt knipt, want dan laat je vouwwerk los. Zelf trek ik iets aan de strook, zodat de strook iets langer wordt. De strook, zal nadat hij is geknipt weer iets terugschieten in de punt van de ster, waardoor je hem niet meer ziet en een mooie strak gevouwen ster overblijft.

Wil je de ster ophangen, prik dan met een naald een gaatje in de ster en rijg er een draad of touwtje doorheen. Je ster is nu helemaal klaar! Hang hem in de kerstboom of voor het raam.

Heel veel plezier met het maken van deze Deense vlechtsterren!

Groet,

Jacqueline